top of page

Flower Ride - Openingsrit seizoen 2019

De weersverwachtingen waren niet zo schitterend, nadat we eerder in Vlaanderen voor de tijd van het jaar, konden genieten van enkele vroege en toch wel uitzonderlijk warme lentedagen. Maar het programma was veelbelovend en dan kan niets ons nog tegenhouden om onze openingsrit van het seizoen 2019 op zondag 28 april te rijden. Hugo Heynen had zoals we van hem gewoon zijn, een goed gevuld programma uitgestippeld voor de deelnemers. Vanaf 8u30 werden we verwacht in de Lunch Garden in Zemst. Voor de 44 deelnemers was het een leuk weerzien na een maandenlange winterstop en de groep Cadillac-vrienden kon daar genieten van een smakelijk ontbijt met koffie of thee. Iets later dan voorzien vertrokken de 20 oldtimers rond 10u30, onder de begeleiding van verschillende regenbuien naar Laken waar we de Koninklijke Serres gaan bezoeken.


Het was er zo druk dat we toch even moesten rondrijden alvorens Hugo ons op de parking aan de Koninklijke Serres kon binnenloodsen. Er waren daar heel veel bezoekers, want de Koninklijke Serres zijn slechts enkele weken toegankelijk voor het publiek. Historiek serres: Deze serres zijn gelegen in het domein van het kasteel van Laken, één van de residenties van de Belgische Vorsten. Het kasteel van Laken werd gebouwd aan het einde van de achttiende eeuw. Leopold II (koning van 1865 tot 1909) besliste in 1868 om het reusachtige serrecomplex te laten bouwen, in verschillende fasen tussen 1874 en 1905. Architect Alphonse Bolat bouwde diverse serres, verbindingsgalerijen en bijgebouwen. Na zijn overlijden in 1895 voerden de architecten Henri Maquet en Charles Girault de laatste uitbereidingen en verbouwingen uit. Koning Leopold II liet door de beste botanici en kwekers de bloemen- en plantencollectie in de serres uitbouwen tot één van de mooiste van het Europese vasteland. Zelf bracht hij van zijn buitenlandse reizen nieuwe plantenrassen mee. Van bij het begin vormden oranjebomen, camelia’s, palmbomen en boomvarens de pracht van de plantencollectie van de Koninklijke Serres.


Vandaag kunnen we die collecties nog steeds bewonderen in deze enorme “glazen stad”. Onze clubleden waren vrij om het uitgestippelde parcours op eigen tempo te volgen. Even een overzicht van wat er allemaal te zien was langs dit lange parcours. Via een wandelweg door het park, langs de esplanade met rijen oranjebomen, laurierbomen, rododendrons en camelia’s tot in de Oranjerie. Deze oranjerie werd nog opgericht in opdracht van koning Willem I der Nederlanden. Later nog verbouwd onder Koning Leopold II. Vervolgens ging de wandeling door de tuin langs de buitenzijde van de Embarcadière serre (1886-88) tot aan het Palmenpaviljoen (1884-85). Het Paviljoen werd later verbouwd tot studio waar Leopold II op 17 december 1909 overleed. Nadien volgende er nog aanpassingswerken voor het verblijf van Koningin Elisabeth. Zelfs Koning Boudewijn en Koningin Fabiola hebben daar ook nog verbleven. We komen zo stapvoets en na heel wat aanschuiven terecht in de Palmenserre (1884-85) een rechthoekige serre met een ijzeren constructie versierd met art-nouveaubloemmotieven. Zo schuiven we verder door naar de Azalea kweekserre (1885). Hier staat temidden van de bloemenpracht het borstbeeld van Louis Parras, de hoofdtuinier van de Koninklijke serres tussen 1921 en 1939. Het beeld werd door Koningin Elisabeth geboetseerd in haar atelier (1838) op het domein. Langs de tweehonderd meter lange Geraniumgalerij komen we langs geraniums en fuchiaklokjes met halverwege de Dianaserre met bloeiende planten en palmen. We vervolgen de weg langs de Spiegelserre de Ondergrondse galerij met de opvallende koningsvaren, eikvarens en hertshoornvarens. Langs de vierkante Congoserre met zijn subtropische vegetatie van palmbomen, rubberbomen en varens komen we in de Wintertuin terecht.


Dit was de eerste serre die Koning Leopold II in 1880 liet bouwen, aanvankelijk bestemd voor koninklijke recepties te organiseren. De glazen koepel met een koningskroon bovenaan, is door 36 metalen spanten ondersteund. In die serre zien we verschillende palmbomen en diverse soorten varens en bloeiende planten. We komen na de rondgang in deze ronde Wintertuin serre terug in de Oranjerie terecht, waar we opnieuw via de tuin naar de uitgang van het ernorme parkdomein kunnen wandelen. Door de enorme drukte was het moeilijk om allen samen daar terug te vertrekken. Om zo weinig mogelijk tijd te verliezen was er besloten dat de deelnemers op eigen initiatief naar de lunchplaats Mac Donalds in Puurs zouden rijden. Van daar uit zouden we dan samen naar het tweede bezoek van de dag te rijden: de steenbakkerij “‘t Geleeg” in Noeveren in de Rupelstreek. Na een “Amerikaans” tussendoortje reden we samen in een kort ritje naar de steenbakkerij waar de twee gidsen ons al stonden op te wachten voor een gegidst bezoek aan de allerlaatste nog complete steenbakkerij in de Rupelstreek. De site Frateur, ontstaan uit drie kleinere steenbakkerijen, is ruim 4ha groot en bestaat uit verschillende onderdelen zoals de gerestaureerde ringoven, de klampovens, de pannenloods en droogloodsen. Dit geeft een volledig beeld van de wereld in een steenbakkerij.


Onze gids nam ons mee door het museum langs het gedeelte waar het manuele steenbakken uit de doeken werd gedaan. Verder langs de verschillende machines nodig om machinale stenen te bakken op de site. Het uitgraven van de klei en de verdere bewerking ervan tot grondstof om handmatig stenen en dakpannen te maken werden aan de aanwezigen getoond. Iedereen was enorm onder de indruk over het feit hoe de werkomstandigheden in de steenbakkerijen er toen waren. Dit is op vandaag bijna niet meer in te schatten. Hoe die steenbakkers er werkten samen met vrouw en kinderen om de stenen vorm te geven. Er werd dan ook ruim aandacht besteed aan het sociale aspect van de mensen die destijds in de steenbakkerijen werkzaam waren. Kinderarbeid was daar in die periode toen heel normaal. Duizenden stenen per dag werden er manueel gemanipuleerd. Na een demonstratie van nog werkende machines en bijhorende motorgeluiden van een nog puffende en rijdende locomotief en een tractor, liepen we langs de enorme droogloodsen waar duizenden stenen opgestapeld werden om te drogen nadat ze in de ovens gebakken werden. Tot slot was een bezoek aan die ovens indrukwekkend: de enorme grote gerestaureerde ringoven met de daarboven de stookzolder was indrukwekkend. Ook klampoven waar de stenen metershoog opgestapeld werden om te bakken gaf een beeld van de zware werkomstandigheden. Afsluitend konden we nog een filmpje bekijken waarin de leefwereld van het steenbakken getoond werd. We hebben vandaag een ware ontdekkingsreis gemaakt met onze Cadillac. In de voormiddag waren we op een locatie van praal en pracht in een koninklijke omgeving in Laken. Rijkdom was daar te zien. In de namiddag kwamen we dan terecht in een tegengestelde wereld van armoede en bijna onmenselijke werkomstandigheden in de Rupelstreek. Een wereld van tegenstellingen waar onze deelnemers telkens van onder de indruk waren. Na deze twee geslaagde bezoeken reden we dan nog allen naar het Wok Paleis in Deurne, waar we zoals in het vorige seizoen konden genieten van een overheerlijk en uitgebreid eetfestijn. Het is alvast een echte leerrijke dag geweest waar de deelnemers nog vaak met genoegen aan terug zullen denken. Spijtig voor de leden die er niet konden bijzijn. Bedankt Hugo en Miranda voor de organisatie van deze Flower Ride.


uw verslaggever,

Marc Manesse


Recente ritten
Archief
Zoeken op tags
Er zijn nog geen tags.
bottom of page